Moet een hypofysepatiënt zich laten keuren voor zijn rijbewijs in verband met rijgeschiktheid? (artikel)

Printen

Dat het veel moeite zou kosten om de wet- en regelgeving inzake rijgeschiktheid voor hypofysepatiënten te laten aanpassen was wel bekend, maar al met al heeft het uiteindelijk een paar jaar geduurd. Reeds in 2012/2013 kwamen bij het bestuur van de Nederlandse Hypofysestichting signalen binnen dat het hebben van een (al dan niet behandelde) hypofyseaandoening mogelijkerwijs zou kunnen leiden tot problemen. Kern van dit probleem is dat in de wet de hypofyseaandoening als zodanig niet genoemd is als mogelijke uitzondering en dit gaf ruimte voor interpretatieverschillen. Zo kon het voorkomen dat de ene hypofysepatiënt geen hinder ondervond, terwijl de ander juist wel veel hinder ondervond bij de aanvraag of verlening van een rijbewijs. Deze problematiek kwam vooral tot uiting bij de groep van professionele bestuurders als bus-, vrachtwagen- en taxichauffeurs.

Wetswijziging

Uiteindelijk heeft de Hypofyse Stichting samen met prof. dr. Biermasz van het LUMC geprobeerd deze problematiek onder de aandacht te brengen van het CBR (Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen), het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat en daarmee indirect bij de Gezondheidsraad. Hoewel er begrip was voor de positie van hypofysepatiënten, duurt het erg lang voordat er daadwerkelijk iets veranderd. Gelukkig kwam de Gezondheidsraad vorig jaar in augustus met een voor hypofysepatiënten positief voorstel. Uiteindelijk duurde het nog bijna een jaar toen het CBR met ons contact heeft opgenomen om te melden dat het voorstel van de Gezondheidsraad is verwerkt in de wet. Nu wordt de hypofyseaandoening en de internist ‘met kennis van endocrinologie’ expliciet genoemd. We hebben nu zelfs een eigen paragraaf in de wettekst! (zie onderaan)

Allereerst is het van belang toe te lichten wat verstaan wordt onder de groepsindeling. Grofweg hebben particuliere chauffeurs te maken met A en B-rijbewijzen1 en hebben professionele chauffeurs te maken met rijbewijzen uit de categorie C en D2.

Maar wat betekent deze wijziging in de regelgeving nu concreet voor de chauffeurs uit de beide groepen?

Groep 1

Op basis van de huidige regeling moet iemand die curatief is behandeld voor een hersentumor, waarbij een stabiel beeld is ontstaan en er geen sprake is van met de rijgeschiktheid interfererende functiestoornissen, elke drie jaar worden gekeurd om in aanmerking te komen voor een groep 1 rijbewijs. Op advies van de Gezondheidsraad is het ministerie van lenW voornemens dit te nuanceren. Wanneer bij patiënten met een curatief behandelde hersentumor die genezen zijn verklaard en niet meer onder controle staan van de behandelend specialist, geen sprake is van met de rijgeschiktheid interfererende functiestoornissen, kan de geschiktheidstermijn voor groep l-rijbewijzen worden aangepast van drie jaar naar onbeperkt.

Maar hoe zit het nu met die groep hypofysepatiënten die op dit moment wel hun rijbewijs hebben, maar hun aandoening niet hebben gemeld bij het CBR? Voor hen geldt dat het belangrijkste advies is om met hun behandelaar te overleggen wat verstandig is om te doen. Er bestaat geen wettelijke meldplicht, maar er is wel altijd de (morele) verantwoordelijkheid om veilig aan het verkeer deel te nemen. De geschiktheidseisen voor hypofysepatiënten zijn met de nieuwe regelgeving versoepeld, met name voor groep 2, maar dat kan ook iets betekenen voor groep 1: zij zouden bijvoorbeeld in sommige gevallen niet meer te maken krijgen met code 100 of 101. Maar het kan nog steeds dat personen met een hypofysetumor te maken krijgen met een beperkte geschiktheidstermijn, afhankelijk van hun situatie.

Groep 2

Volgens de oude regeling komt iemand met een hypofysetumor op dit moment niet in aanmerking voor een rijbewijs in groep 2 wanneer de therapie uit medicatie bestaat of als er een afwachtend beleid wordt gehanteerd. Op advies van de Gezondheidsraad is het ministerie van lenW voornemens dit te nuanceren. Bij een minimaal drie maanden stabiel klinisch beeld en bij afwezigheid van met de rijgeschiktheid interfererende functiestoornissen kan de betrokkene rijgeschikt worden bevonden voor groep-2 rijbewijzen. Verder is het voorstel om de keuring te laten verrichten door een internist in plaats van door een neuroloog.

Johan de Graaf, voorzitter NHS

Tekst uit de Staatscourant

Staatcourant, 26 juni 2018

7.5.2 Hypofysetumoren

Voor de beoordeling van de geschiktheid van personen met een hypofysetumor is een specialistisch rapport vereist, opgesteld door een internist met kennis van endocrinologie. Bij de beoordeling van de geschiktheid is van belang de eventuele aanwezigheid van gezichtsveld-defecten (zie paragraaf 3.3).

a. Groep 1
Personen met een hypofysetumor kunnen geschikt worden verklaard voor rijbewijzen van groep 1 voor een termijn van maximaal vijf jaar. Personen bij wie de behandeling curatief is of bij wie vanwege de stabiele situatie geregelde specialistische controle niet meer nodig is, kunnen op basis van het rapport van de internist geschikt worden verklaard zonder termijnbeperking. Bij een vermoeden van met de geschiktheid tot het besturen van motorrijtuigen interfererende lichamelijke of geestelijke functiestoornissen, is voor de beoordeling van de geschiktheid een rijtest vereist met een deskundige op het gebied van de praktische geschiktheid van het CBR. Het CBR heeft voor de rijtest een uitvoerig protocol.

b. Groep 2:
Bij afwezigheid van met de geschiktheid tot het besturen van motorrijtuigen interfererende lichamelijke of geestelijke functiestoornissen, kunnen personen met een hypofysetumor geschikt worden geacht voor rijbewijzen van groep 2 voor een termijn van vijf jaar. Personen bij wie de behandeling curatief is of bij wie vanwege de stabiele situatie geregelde specialistische controle niet meer nodig is, kunnen op basis van het rapport van de internist geschikt worden verklaard zonder termijnbeperking.


© Nederlandse Hypofyse Stichting - Alle rechten voorbehouden

ANBI Keurmerk