Een veranderd leven na hersenletsel en panhypopituïtarisme (artikel)

Printen

Uit: Hyponieuws 2 – 2014

Saskia Kerstens is een vrolijke, energieke vrouw van 46 jaar. Door een ongeluk waarbij zij hersenletsel heeft opgelopen is zij panhypopit.

‘Ik was 19 jaar, toen ik een ongeluk kreeg  tijdens het  paardrijden.  Ik botste met mijn voorhoofd/oogkas hard tegen een boomtak. Ik lag in coma. Na het ziekenhuis ging ik naar een revalidatiecentrum. Mijn familie, mijn vriend en mijn school deden hun uiterste best om mij te helpen en het leven voor mij comfortabel te maken. Een tijd later gingen mijn vriend en ik samenwonen. We wilden graag kinderen maar het lukte niet. We kwamen bij een internist; het bleek dat ik een totale hypofyseuitval had. Ik kreeg hormoonvervangers mee. Vervolgens gingen we een traject in om zwanger te worden. In 1991 ben ik bevallen van een gezonde tweeling. Ik had geen hulp, maar ik had thuis alles goed geregeld en ik had toen geen baan.

Grip op mijn leven

Inmiddels zijn mijn kinderen 22 jaar. Ik werk 17 uur in de week, en daarnaast is er het huishouden. We zijn met z’n vijven: ook mijn schoonzoon woont bij ons. Daarbij doe ik nog de was voor mijn vader en oma. Ik heb het altijd druk, want de rest doet niet zo veel! Maar we hebben het gezellig. Ik sta om zes uur ‘s morgens op en ben dan actief tot ik naar bed ga. Ik heb ook mijn rijbewijs, ik ben daar speciaal voor gekeurd. Ik ben van niemand afhankelijk. Ik sta weinig stil bij mijn hypofyseaandoening. Ik vind mezelf ook niet ziek, in ieder geval niet ernstig. Verder mankeer ik nooit wat, nog geen griep.

Geheugen

Ik heb veel moeite met onthouden. Vaak weet ik niet meer dat ik ergens ben geweest. Pas als mijn vriend zegt: weet je nog, dan begint het me weer te dagen. In het dagelijks leven weet ik dat goed te verbergen, dan geef ik er wel een draai aan. De meeste mensen weten niet dat ik dit probleem heb. Ik heb altijd alles gepland. Thuis, op het werk, als ik naar een winkel ga denk ik al: zo laat ben ik terug. Alles past dan precies in elkaar. Maar, o wee als het niet zo loopt.

Ogen

Mijn oogzenuwen zijn beschadigd. Mijn ogen reageren niet tegelijk, als ik naar boven kijk, kijkt het andere oog naar beneden. Ik kan geen afstand inschatten, geen diepte zien. Ik heb ook moeite met fijne handelingen. Tests hebben uitgewezen dat ik vaak maar met één oog kijk, daardoor heb ik er in de praktijk niet al te veel last van.

Zelfbeeld

Ik ben erg negatief over mezelf en wantrouwig.  Als  iemand  iets  over mij zegt, denk ik vaak: wat bedoelen ze nou. Vaak kan ik niet lachen om dingen,  ik  zie  de  humor  niet.  Ik neem alles letterlijk. In de omgang met andere mensen is het wel eens moeilijk. Ik heb ook vaak moeite om interesse op te brengen voor dingen. Wat ik wel heel graag doe is wandelen met mijn hond.

Hersenletsel

Ik heb veel stemmingswisselingen; ik kan zo van lachen overgaan in huilen. Ik heb ook moeite met beslissingen nemen. Sinds ik lid ben van de Hypofyse  Stichting en  regelmatig Hyponieuws lees, vallen er wel steeds meer dingen op hun plek. In het boek ‘Hulp bij een veranderd leven’ van Jenny Palm las ik: ‘iemand met hersenletsel heeft levenslang’, – en dat klopt precies. Van buiten zie je niets, maar van binnen klopt er iets niet.’

Saskia Kerstens

Noot van de redactie

De namen van de betrokkenen en plaatsnamen in dit artikel zijn gefingeerd, om de privacy van de geïnterviewden en hun naasten te beschermen. In ons kwartaalblad Hyponieuws heeft het artikel met de originele namen van de betrokkenen gestaan.


© Nederlandse Hypofyse Stichting - Alle rechten voorbehouden

ANBI Keurmerk