Ik heb een hypofyseaandoening, maar ik wil blijven werken!! (artikel)

Printen

Sjaan is een 55-jarige vrouw met acromegalie. Ze is al 35 jaar gelukkig getrouwd en heeft samen met haar man al het nodige te verwerken gehad, maar zijn er sterk uitgekomen. Ze werkt al 28 jaar bij de Plus ergens in het zuiden des lands en is van plan dit nog lang te blijven doen, haar werk is voor haar heel belangrijk.

Al 28 jaar deed Sjaan haar werk moeiteloos en met veel plezier. Begin vorig jaar kwam daar onverwachts een einde aan. Na jarenlang verschillende klachten te hebben gehad, zoals slikproblemen, een breder wordende neus, kriebel in de neus, gewichtsproblemen, artrose, een erg veranderd uiterlijk kwam begin vorig jaar de diagnose acromegalie. 

Ineens zat Sjaan middenin een medische molen. Ze moest geopereerd worden aan de tumor bij haar hypofyse. Dat hield dus in, niet meer werken, wat ze als heel vervelend heeft ervaring. Werken was voor haar altijd een moment van ‘er even uit zijn’ en onder de mensen zijn.

Weer aan het werk

Na een periode van herstellen, kon ze weer aan het werk; op therapeutische basis en steeds iets langer, maar ze staat weer achter de kassa. Het is voor haar prettig om weer onder de mensen te zijn, dat vindt ze heel belangrijk. Het verzet je gedachten. Aangezien ze al 28 jaar bij dezelfde supermarkt werkt, kennen mensen haar ook. Toen ze na haar operatie weer ging werken, merkte ze dat de klanten haar gemist hadden. Allemaal wilden ze weten wat er gebeurd was en uiteraard hoe het met haar ging. Aangezien ze uiterlijk ook veranderd is, vindt Sjaan het alleen maar prettig wanneer mensen ernaar vragen en ze dus kan en mag uitleggen wat ze heeft. Op deze manier praat ze het ook van zich af; zodoende helpt het werk haar ook bij haar verwerkingsproces. Ze wil graag blijven werken, ook al zullen er dingen aangepast moeten worden.

Collega’s

Sjaan merkt een duidelijk verschil met voor de acromegalie en erna. Ze is duidelijk trager geworden. De meeste collega’s hebben hier begrip voor en zeggen haar dat ze maar rustig aan moest doen en dat dat niet uitmaakt. Maar een enkeling snapt niet goed waarom ze ineens trager was en vond dit erg vervelend. Sjaan heeft aan haar collega’s proberen uit te leggen wat ze heeft en wat haar beperkingen zijn bij het werken. Bij de uitleg heeft ze gebruik gemaakt van een informatie van internet, maar dit werd te weinig of niet gelezen. Ze voelde zich absoluut niet serieus genomen, ook door haar chef niet. Uiteindelijk heeft ze dit besproken met haar Arbo-arts en die is in gesprek gegaan met de bedrijfsleider. Nu gaat het wel wat beter, maar er zullen altijd collega’s zijn die er minder begrip voor hebben of het nog steeds niet snappen.

Kleinkinderen

Sjaan heeft 4 kleinkinderen van 10, 8, 5 en 2 jaar, waar ze naast haar werk ook heel veel plezier aan beleeft. Ze hoopt er nog heel lang te mogen genieten, vooral wat betreft haar gezichtsvermogen. Haar gezin, kinderen en kleinkinderen zijn heel belangrijk voor haar.

Noot van de redactie

De namen van de betrokkenen en plaatsnamen in dit artikel zijn gefingeerd, om de privacy van de geïnterviewden en hun naasten te beschermen. In ons kwartaalblad Hyponieuws heeft het artikel met de originele namen van de betrokkenen gestaan.


© Nederlandse Hypofyse Stichting - Alle rechten voorbehouden

ANBI Keurmerk